> 300 geluidswerkwoorden!

Na mijn vorige blog met de oproep om tot 200 werkwoorden te komen die ‘geluid maken’ werd het druk, in het commentaarveld op de website, maar ook in mijn directe omgeving.
Woorden waarvan ik niet wist dat ze bestonden, geluiden die maar maar moeilijk te vangen waren in een woord, ‘stille woorden’, het ging maar door. Maar de 200 werd doorbroken, toen de 250 en nu hebben we met elkaar zelfs de 300 gehaald.

Na pittige discussies moesten sommige woorden ook de lijst weer verlaten. Omdat er geen echt woord voor was, omdat het meerdere woorden waren of omdat de jury (lees gesprekspartners) niet overtuigd konden worden. Deze woorden haalden het helaas niet:

  • Bibberen
  • Boemelen
  • Bowlen
  • Hossen
  • Geluid van golfplaat die je heen en weer schudt
  • Geluid van een gong
  • Glibberen
  • Graven
  • Hossen
  • Jekkeren, stekkeren
  • Nagelen
  • Piano spelen, gitaar spelen: helaas twee woorden
  • Raggen
  • Schrijven
  • Tappen van bier
  • Zweven
  • Zwieren

Met trots presenteer ik de aangepaste lijst, geheel wetenschappelijk onverantwoord:

  1. Aanslaan, hond, apparaat
  2. Ademen
  3. Afbekken
  4. Afstrijken lucifer
  5. Applaudisseren
  6. Babbelen
  7. Balken
  8. Bassen
  9. Bazelen, beuzelen
  10. Beatboxen
  11. Beitelen
  12. Bekken, grote bek geven
  13. Bellen
  14. Bevelen
  15. Bikken, in steen, eten
  16. Bitsen
  17. Bladeren, ergens in
  18. Blaffen, mens, hond
  19. Blaten
  20. Blazen, wind, kat, mens met ballon
  21. Blèren, geit, mens
  22. Bliepen
  23. Bliksemen
  24. Boeren
  25. Bonken
  26. Bonzen
  27. Boren
  28. Borrelen (als water kookt)
  29. Brabbelen
  30. Brallen
  31. Briesen
  32. Brommen, brommer, als mens
  33. Bruisen
  34. Brullen, lach, huil
  35. Bubbelen
  36. Declameren
  37. Dempen
  38. Denderen
  39. Dichtslaan (deur)
  40. Discussiëren
  41. Donderen
  42. Dreinen
  43. Drenzen
  44. Dreunen
  45. Drillen
  46. Drummen
  47. Druppen, druppelen
  48. Echoën
  49. Eten
  50. Exploderen
  51. Fiedelen
  52. Fladderen
  53. Fluisteren
  54. Fluiten, wind, mens, vogel, instrument, fluitketel
  55. Foeteren
  56. Gakken
  57. Galmen
  58. Gapen
  59. Geeuwen
  60. Giebelen
  61. Giechelen
  62. Gieren, lachen, banden
  63. Gillen
  64. Glijden
  65. Gniffelen
  66. Gnuiven
  67. Gonzen
  68. Gorgelen
  69. Grauwen
  70. Grienen
  71. Grinniken
  72. Groeten
  73. Grommen
  74. Hagelen
  75. Hameren
  76. Hakken
  77. Hakkelen
  78. Hijgen
  79. Hikken
  80. Hinniken
  81. Huilen, wind, mens
  82. Inschenken
  83. Jammeren
  84. Janken
  85. Jengelen
  86. Jeremiëren
  87. Jodelen
  88. Joelen
  89. Jubelen
  90. Juichen, toejuichen
  91. Kabbelen, beekje
  92. Kakelen
  93. Keffen
  94. Kegelen
  95. Kermen
  96. Keuvelen
  97. Kibbelen
  98. Kikken (een kik geven)
  99. Kirren
  100. Klagen
  101. Klakken (met je tong, hakken)
  102. Klappen
  103. Klapperen, tand, deur
  104. Klappertanden
  105. Klateren
  106. Kleppen
  107. Klepperen
  108. Kletsen, volwassene, kindje, ergens tegenaan kletsen
  109. Kletteren
  110. Klikken
  111. Klingelen
  112. Klinken, glazen
  113. Klokken, geluid van inschenken
  114. Klokkenluiden
  115. Kloppen
  116. Klossen
  117. Klotsen
  118. Knagen
  119. Knallen
  120. Knappen, haardvuur of iets dat knapt
  121. Knarsen
  122. Knerpen, knierpen, knirpen, knoerpen, knarpen
  123. Knetteren, haardvuur, scheet
  124. Knippen (met je vingers of schaar)
  125. Knisperen
  126. Knorren
  127. Koeioneren
  128. Koeren
  129. Kokhalzen
  130. Koppelen, koppeling in auto, loskoppelen
  131. Kotsen
  132. Kraaien, haan, baby
  133. Kraken, houten vloer, vriezen dat het kraakt
  134. Krassen, kraai, kraslot
  135. Krijsen
  136. Krijten, met krijt schrijven, huilen
  137. Kwaken
  138. Kwebbelen
  139. Kwekken
  140. Kwelen
  141. Kwetteren
  142. Kwinkeleren
  143. Lachen
  144. Lallen
  145. Lawaaischoppen
  146. Leuteren
  147. Lispelen
  148. Loeien, koe, wind, sirene
  149. Luiden  
  150. Lullen
  151. Mekkeren, geit, mens
  152. Meppen
  153. Miauwen
  154. Mompelen
  155. Mopperen
  156. Mummelen
  157. Murmelen
  158. Musiceren
  159. Neuriën
  160. Nieten
  161. Omslaan, boot, bladzijde
  162. Ontkurken
  163. Ontploffen
  164. Onweren
  165. Oprispen
  166. Opzeggen, oplezen
  167. Oreren
  168. Petsen
  169. Piepen
  170. Pingelen
  171. Pingpongen
  172. Ploffen
  173. Plonzen
  174. Ploppen
  175. Praten
  176. Preken
  177. Prevelen
  178. Pruttelen, mopperen, koffie zetten
  179. Raaskallen
  180. Rammelen, maag, voorwerp rammelaar
  181. Rappen
  182. Raspen
  183. Ratelen, praten, voorwerp ratel
  184. Rausen, rauzen (in de betekenis van lawaaischoppen)
  185. Razen
  186. Regenen
  187. Remelen (onrustig heen en weer bewegen)
  188. Reutelen
  189. Rinkelen, telefoon, brekend glas
  190. Ritselen
  191. Rochelen
  192. Roepen
  193. Roezemoezen
  194. Rollen, golf, bowlingbal
  195. Rommelen, donder
  196. Ronken, slapen, motor
  197. Ruften
  198. Ruisen
  199. Schakelen in auto
  200. Scanderen
  201. Schateren, schaterlachen
  202. Schaven
  203. Schelden, uitschelden
  204. Scheuren
  205. Schieten
  206. Schrapen
  207. Schreeuwen
  208. Schroeven
  209. Schuren
  210. Scratchen
  211. Sissen, hissen
  212. Sjirpen
  213. Slaan (vink)
  214. Slepen (iets over de grond slepen)
  215. Slijpen
  216. Slikken
  217. Slippen
  218. Slissen
  219. Slobberen
  220. Sloffen (sloffend lopen)
  221. Sluipen
  222. Slurpen
  223. Smakken, Smekken
  224. Smiespelen
  225. Snateren
  226. Snauwen
  227. Snerpen
  228. Sniffen
  229. Snikken
  230. Snorkelen
  231. Snorren
  232. Snotteren
  233. Snuffelen
  234. Snuiten
  235. Snuiven
  236. Snurken
  237. Sommeren (let op klemtoon)
  238. Soppen, geluid van de afwas
  239. Spatten
  240. Speechen
  241. Spetteren
  242. Spinnen
  243. Spreken
  244. Sputteren, tegensputteren
  245. Stamelen
  246. Stampen
  247. Stansen
  248. Stempelen
  249. Steunen
  250. Stikken, naaien, geen lucht krijgen
  251. Stommelen
  252. Stormen
  253. Stotteren
  254. Stuiteren
  255. Suizen
  256. Tapdansen
  257. Tegelen
  258. Tekeergaan
  259. Tetteren
  260. Tikken, ergens tegenaan, typen, hakjes, breinaalden, regen
  261. Timmeren
  262. Tinkelen/twinkelen
  263. Toeteren
  264. Tokkelen
  265. Trappelen
  266. Trillen, mobieltje, snaar
  267. Trippelen, muis, iemand op hakken
  268. Trommelen
  269. Trompetteren
  270. Tsjilpen, tjilpen, sjilpen
  271. Typen
  272. Uiteenspatten
  273. Uitkafferen
  274. Vermanen
  275. Verscheuren
  276. Versnipperen
  277. Verwensen
  278. Vezen (in de oren fluisteren, veelal met kwade bedoelingen)
  279. Vijlen
  280. Vioolspelen
  281. Vloeken
  282. Voordragen, voorlezen
  283. Voorlezen
  284. Vuilbekken
  285. Waaien
  286. Wapperen
  287. Wauwelen
  288. Weergalmen
  289. Wenen
  290. Wrijven
  291. Zagen
  292. Zaniken
  293. Zeggen
  294. Zeuren
  295. Zeveren
  296. Zingen
  297. Zoemen, vlieg, apparaat
  298. Zoeven
  299. Zuchten
  300. Zuigen
  301. Zwammen
  302. Zwatelen
  303. Zwetsen
  304. Zwiepen
  305. Zwijgen, oorverdovende stilte 😉

Heb ik nog wat over het hoofd gezien? Dan gaan we vrolijk verder. Over enkele dagen zal ik een winnaar trekken uit degenen die hebben bijgedragen. Hij of zij krijgt een gesigneerd exemplaar toegestuurd van Training 2.0. Iedereen in elk geval heel hartelijk bedankt voor het meedenken!

PS voor de structuurfreaks onder ons: kun je categorieën onderscheiden?

3 reacties

  1. Titia op 25 januari 2021 om 16:51

    Ik ga ze toevoegen Fenneke!



  2. Fenneke Reysoo op 19 januari 2021 om 20:31

    Hallo samenstellers van deze indrukwekkende lijst met geluidswerkwoorden. Ik woon in Zwitserland en vandaag was ik hoog op een besneeuwde berg waar ik absolute stilte ervaarde … toen ik weer geluiden ging horen probeerde ik ze te benoemen. Dat was niet eenvoudig. Ik nam me voor om bij thuiskomst alle geluidswerkwoorden die ik kon bedenken op papier te zetten. En toen vond ik jullie uitgebreide lijst. Waarvoor dank. Terwijl ik er ze las kwamen bij mij ook nog de volgende 5 werkwoorden in me op :
    Klateren
    Klingelen
    Stommelen
    Weergalmen
    Zwammen

    deze wilde ik graag met jullie delen
    mvg Fenneke



  3. Titia op 26 februari 2020 om 14:29

    Zo leuk om alle reacties te zien, op de vorige blog en soms ook per mail. Hier werd ik heel blij van.

    Schrijftolk Gea Duister liet me weten:

    Hoi Titia,
    Ik vind je lijst met geluidswerkwoorden schitterend. Ik heb hem gedeeld met mijn collega schrijftolken want dit is wat wij hele dag doen, geluid omzetten in tekst voor doven en slechthorenden,.
    En nu hebben we weer wat meer mogelijkheden. Dank.

    Groetjes
    Gea